Invoering Kubus apparaat Elk middelpunt geeft aan dat er aan die kant een van de 6 kleuren is: wit, geel, rood, oranje, blauw en groen. Het moet duidelijk zijn dat alle centra op geen enkele manier hun positie ten opzichte van elkaar veranderen tijdens de montage, daarom is wit altijd tegenover geel, rood tegenover oranje en blauw tegenover groen. Elk van de 12 randen heeft altijd 2 kleuren. Het is erg belangrijk om te begrijpen dat een rand een solide element is, waarvan we de kleuren niet kunnen breken, ongeacht hoe we de randen roteren. Hetzelfde geldt voor elk van de 8 hoeken. Het heeft 3 kleuren die niet kunnen worden gescheiden. Zo blijft de blauw-rood-witte hoek altijd zo, waar je ook bent, je kunt het zelf zien. Dit is de mechanische structuur van elke klassieke 3x3x3 kubus – snel of de eenvoudigste van de tent.
De taal van rotaties is een speciale notatie voor de bewegingen van de zijkanten van een kubus, waarmee je elk algoritme, oplossing of scramble (een reeks bewegingen waarmee de kubus verstrengeld is) kunt opschrijven. F – voorkant – voorkant B – achterkant – achterkant L – links – linkerkant R – rechts – rechterkant U – boven – bovenzijde D – naar beneden – onderkant Fw (f) – voorkant met middelste laag Bw (b) – achterkant met middelste laag Lw (l) – linkerkant met middelste laag Rw (r) – rechterkant samen met middelste laag Uw (u) – bovenzijde met middelste laag Dw (d) – onderkant samen met middelste laag Er zijn ook meer zeldzame uurwerken die bijna nooit in assemblages worden gebruikt: M – middelste – middelste laag tussen de rechter (R) en linker (L) kanten S – staand – middelste laag gelegen tussen de voorkant (F) en achterkant (B) E – equatoriaal – middelste laag gelegen tussen de bovenste (U) en onderste (D) zijden Naast de rotaties van de kubusvlakken, zijn er symbolen die veranderingen in de positie van de kubus in de ruimte aangeven. Deze bewegingen worden onderscheppingen genoemd: x – de hele kubus roteert van zichzelf weg langs het vlak dat samenvalt met de rechter (R) en linker (L) lagen (F verandert in U) x ‘- de hele kubus roteert naar zichzelf toe langs het vlak dat samenvalt met de rechter (R) en linker (L) lagen (F wordt D) y – de hele kubus draait met de klok mee in het horizontale vlak (F wordt L) y ‘- de hele kubus draait tegen de klok in in het horizontale vlak (F wordt R) z – de hele kubus draait met de klok mee in het frontale vlak (U verandert in R) z ‘- de hele kubus draait tegen de klok in in het frontale vlak (U verandert in L) Die bewegingen en onderscheppingen worden geregistreerd volgens de volgende regels: – Als er maar een letter is geschreven, draaien we de zijkant met de klok mee, alsof we naar het gezicht kijken – Als er na de letter een slag is “‘” – we draaien de zijkant tegen de klok in, alsof we naar het gezicht in het gezicht kijken – Staat er een “2” achter de letter, draai deze kant dan 180 graden. Als er nog steeds een slag is, bijvoorbeeld U2 ‘, dan betekent dit dat het in dit algoritme handiger is om U2 tegen de klok in te draaien
|
https://breinbrekers.be/ |